-
23 sep 2019
-
Gezin, Moederschap
-
door Martine Hartog-Eysink
-
1 comment
Nieuwe vriend
Oké, laat ik gelijk maar met de deur in huis vallen. Ik heb een nieuwe vriend! En ik ben me er toch een potje blij mee! Van tevoren zag ik best wel op tegen de ontmoeting. Nu zou ik echt ‘gehandicapt’ lijken.
Gespannen lig ik in mijn bed te wachten. De medewerker van Welzorg belt dat hij er met 20 minuten is. Het begint te kriebelen en voelt een beetje als een blind date. Even later komt de medewerker voorrijden en gaat de achterklep open. Daar is hij, mijn nieuwe vriend: de elektrische rolstoel.
Tot nu toe had ik een andere rolstoel. Met die was ik altijd aangewezen op een volwassene die mij kon duwen en kon ik nooit zelf weg met één van de kids. Ook had ik een scootmobiel, maar daar kon ik helaas maar kort op zitten. Dus nu proberen we een nieuwe formule: elektrische rolstoel + WMO-taxipas = vrijheid!
Deze komende vrijheid doet mijn hoofd op hol slaan. Vrijheid om met de kinderen iets te kunnen ondernemen zonder dat er iemand anders bij is. Ze gewoon vaker naar school te kunnen brengen. Vrijheid om een avondje uit te gaan. Naar de bios bijvoorbeeld of uit eten. Mijn lijstje activiteiten breiden zich rap uit door deze rolstoel met ligfunctie.
Ik stap er nog wat onwennig in. Liefde moet groeien, zo ook met deze rolstoel. Ik zet hem aan. Het pookje om mee te sturen staat erg scherp afgesteld en ik ga alle kanten op, behalve rechtdoor. De WMO-meneer neemt het pookje over en we rijden de schuur binnen omdat het begint te regenen. Ik krijg uitleg over hoe dit nieuwe soort van iPod achtige besturingssysteem werkt. Alle functies worden genoemd en uitvoerig getest en de stoel wordt op mijn maten afgesteld. De belangrijkste functie van deze rolstoel is toch wel het kunnen liggen!
De oudste twee kids kunnen niet wachten op mijn – en hun ;-) – eerste ritje. Zodra het droog is gaan we. Een klein blokje om. Ezra filmde dit hilarische tafereel met ondertussen aanmoedigende kreten als ‘Mama je kunt dit! Dit is écht grappig’ en ‘Recht rijden!’. Dat laatste was een beetje een dingetje. Als ik zo in een auto gereden had, had men minstens gedacht dat ik twee flessen wijn op had. Controle en nieuwigheid, daar houden we het maar op.
Toch was daar de gedachte; ‘Wat zullen anderen wel niet van deze rolstoel denken?’ Ik besefte dat de keuze bij mezelf lag. Dit zou mijn nieuwe vriend worden, óf mijn vijand. Hoe ik naar deze rolstoel kijk bepaalt ook hoe de kinderen naar de rolstoel kijken. Nu, na een kleine twee maanden kan ik oprecht zeggen dat het mijn nieuwe vriend is geworden en dat ik zelfs had gewild dat ik hem eerder had leren kennen. Op naar veel veilige zelfstandige kilometers. Door deze rolstoel kan ik dan misschien mijn handicap niet meer verbergen, maar het leven wordt er normaler door dan ooit. En de kids? Die hebben hun eerste ritje ook al gehad. Gelijk een rondje zonder te slingeren.
Mama van 5, waarvan Jezus voor 2 zorgt, chronische bekkeninstabiliteit, (on-)beperkt creatief, houdt Jezus, van de natuur, verse thee mét chocola en een goed boek.
1 Reacties
Comments are closed.
Martine, wat een schoonheid van schrijven, humor en denken en bewegen in en met mogelijkheden.
Voor mij ben jij een topper eerste klas, nog steeds een geweldig ‘kameeltje’. You know what I mean