
-
29 jun 2021
-
Gezin, Opvoeding, Peuter
-
door Corine de Heer
-
0 comment
Zonder speen
‘Hé Pijke, ben jij al een grote jongen?’, vraag ik mijn peuter. Hoe jong hij ook is, hij voelt wel aan dat hier een verborgen agenda meespeelt. ‘Hebben grote jongens nog een speen?’, vervolg ik. ‘Nee mama’, zegt de peuter, ‘maar ik ben ook nog heel klein.’ Met een ondeugende blik kijkt hij me aan. Helaas, mijn truc werkt niet. Dan doet de peuter een tegenvoorstel: ‘Als ik jarig ben, ben ik groot. Dan gooi ik hem weg.’ Daar kan ik het mee doen. 1-0 voor de peuter.
Een paar dagen later springt hij enthousiast op mijn bed en slingert zijn natte speen in mijn gezicht. ‘Wanneer gooi je dat smerige ding nou eens weg?’, verzucht ik. ‘Nu’, klinkt het resoluut. Hij springt van het bed en loopt naar beneden. Daar verdwijnt de speen in de prullenbak. ‘Gaan we nu een cadeautje kopen, mama?’ Enigszins verbouwereerd stem ik in.
Helaas is dit slechts het begin van een grote uitdaging. Het middagslaapje slaat meneer opeens over, en ’s avonds vindt hij dat de speen wel weer uit de prullenbak mag. Het is duidelijk: vanmorgen overzag hij de gevolgen van zijn actie nog niet. Er is geen weg meer terug, nu moeten we voet bij stuk houden. Maar dat valt niet mee: overdag stort mijn peuter een aantal keer in van vermoeidheid en ’s nachts is hij een spook. Zo’n drie keer per nacht schrik ik wakker van zijn geschreeuw: ‘Mamaaa, uit de prullenbak!’. Of: ‘Mijn speenieee’. Al twintig keer heb ik overwogen om dat vieze ding op te vissen en weer terug te geven, maar we doen het niet.
Als ik eindelijk op mijn stoel zit na een ellenlang ‘naar bed gaan ritueel’ hoor ik mijn peuter weer roepen. Ik veer op. ‘En nu doe ik die speen erin!’, zeg ik boos. Ook de vader van het spook veert op. ‘Denk erom, ik bind je vast op je stoel!’ En daarna: ‘Zet de televisie wat harder en doe de deur dicht. Ik regel het boven.’ Een geluidsdichte ruimte klinkt aantrekkelijk, dus ik volg zijn orders op. Na driekwartier is het geregeld en is de bovenverdieping in diepe rust.
Zo volgen er nog een aantal dagen en nachten met speenleed. Het is een fase, houd ik mezelf voor en fases gaan weer voorbij. Nog even volhouden, we komen er doorheen. De speen is inmiddels veilig met de vuilniswagen mee. En mijn kind groeit, steeds een beetje meer. Het zal vast niet de laatste hobbel zijn die we tegenkomen, maar als we de speen straks overwonnen hebben, gaan die andere hobbels vast ook lukken.

Corine is vrouw van Robert en moeder van Teun (6) en Pijke (2). Ze is docent in het voortgezet onderwijs. Blij wordt ze van Jezus, hond Bobbi, de lente, op reis gaan en schrijven. Dat laatste doet ze hier vooral over haar kinderen en alles wat daarmee te maken heeft.