-
12 nov 2020
-
Geloof, Geloofsopvoeding
-
door Vera Bijma
-
0 comment
Bijgeloof
De toren wiebelt vervaarlijk. Daniël en ik houden onze adem in. Zal hij omvallen? Met het puntje van zijn tong tussen zijn tanden probeert zoonlief er heel voorzichtig nog een blokje op te leggen.
Dat lukt. Het bouwwerk staat nog overeind. We kijken elkaar met een zucht van opluchting aan. Tot hij het volgende blokje van de grond raapt, klaar om het ook nog bovenop zijn bouwwerk te plaatsen. De spanning stijgt opnieuw.
Het is momenteel de nieuwste rage bij ons thuis: het bouwen van een zo hoog mogelijke wenteltrap met Kapla-blokjes. Mijn zoontje begon er onlangs spontaan mee en heeft ons nu allemaal aangestoken. Terwijl ik dit schrijf, zie ik de houten kabouterplankjes op een grote hoop naast me op de grond liggen. We ruimen ze al niet eens meer op, want bijna dagelijks proberen we ons persoonlijk record te verbreken.
Deze week is het weer zover. Daniël en ik stapelen uiterst geconcentreerd het ene na het andere plankje op elkaar. Zijn record staat op 42 blokjes, het mijne op 36. Als mijn torentje al na een luttele tien laagjes instort, pakt Daniël een van mijn blokjes in zijn hand en wijst op een vilstiftstreepje dat hij er een tijdje geleden op gekliederd heeft. ‘Dit is een slecht blokje, hiermee valt de trap altijd,’ waarschuwt hij. Dan pakt hij het blokje waar de letters KAPLA op staan. Daarvan zitten er twee in het hele pakket en hij pikt die er graag uit.
‘Deze brengt geluk,’ klinkt het vol overtuiging.
Ik denk meteen aan de gelukspoppetjes die ik als jong meisje aan mijn rugzak had bungelen. Toen stond ik er nog niet zo bij stil, maar inmiddels weet ik maar al te goed wat het is: bijgeloof. Denk ook maar aan de bekende zwarte kat die ongeluk zou brengen, en dat je niet onder een ladder door moet lopen. Hoewel ik me bij dat laatste nog wel iets kan voorstellen. Maar dan meer uit voorzichtigheid, je wilt tenslotte geen pot verf op je hoofd krijgen.
‘Een blokje is gewoon een blokje. Die hebben geen speciale krachten. Ook niet als er letters of streepjes op staan,’ leg ik mijn zoon uit. ‘Zoals het ook niet helpt om op de dobbelsteen te blazen tijdens een spelletje,’ geef ik nog een voorbeeld. We willen hem hier in huis tenslotte het christelijk geloof bijbrengen en geen bijgeloof.
In Exodus 20, vers 3-5 (Nieuwe Bijbelvertaling) staat immers:
Vereer naast mij geen andere goden. Maak geen godenbeelden, geen enkele afbeelding van iets dat in de hemel hierboven is of van iets beneden op de aarde of in het water onder de aarde. Kniel voor zulke beelden niet neer, vereer ze niet, want ik, de HEER, uw God, duld geen andere goden naast mij.
Lijkt me heel duidelijke taal. Je mag voorwerpen of dieren geen goddelijke krachten toedichten.
De volgende ochtend pak ik mijn telefoon om de tandarts te bellen. Ik wil graag mijn controleafspraak verzetten. Hij stelt een nieuwe datum voor: 13 november. Ik blader in mijn agenda en zie dat die datum op een vrijdag valt.
Op vrijdag de 13e naar de tandarts. Het is alsof God een grapje met me uithaalt. Alsof hij meteen even wil toetsen of ik de wijsheid die ik tegen mijn zoon predik, zelf wel in de praktijk breng.
Terwijl ik de tandarts antwoord dat het prima is, moet ik stilletjes om Gods gevoel voor humor lachen.
Maar – eerlijk is eerlijk – wel een beetje als een boer met kiespijn.
Vera Bijma / Moeder van Daniël (7) / Gelukkig getrouwd / Vertaalster / Dol op schrijven / Dankbaar voor Gods liefdeen genade, mijn gezin, familie en vriendenen nog zoveel meer/ www.mamasleukste.home.blog