
-
02 jul 2020
-
Bemoediging, Gezin, Vrouw zijn
-
door Martine Hartog-Eysink
-
1 comment
Buik als Barbamama
Het is acht uur ‘s ochtends als ik vanuit de slaapkamer het gestommel hoor in de keuken. De geur van versgebakken brood komt me tegemoet en ik wacht geduldig totdat ik écht wakker gemaakt word. Het is moederdag.
De kids komen een voor een de slaapkamer binnen en alle drie ploffen ze neer op ons waterbed. Met uiteraard een heerlijk zelfgemaakt ontbijt in hun handen. Zeg gerust een koninklijk ontbijt, want de porties waren groots. Ik krijg de fruitsalade van onze zesjarige dochter, bestaande uit vier stukken fruit, niet volledig op na een croissantje en een plak versgebakken brood. “Ik zit al aardig vol van al het lekkers,” zeg ik tegen haar en wrijf met mijn hand over mijn allesbehalve platte buik.
“Je buik is net barbamoeder!” roept ze ineens. Dochterlief van tien begint hard te lachen en doet er nog een schepje bovenop. “Dat is grappig, het klinkt als barbaarmoeder, van dat olifantje Barbaar.”
De vergelijking met Barbamama is nou net niet het compliment waar ik op zat te wachten deze ochtend. Al heeft Barbamama ook een buik die vaak wat meedanst met sommige bewegingen die ze maakt. Toch moet ik erg lachen om de opmerking. “Mijn buik is jullie huisje geweest en jullie moesten er natuurlijk wel inpassen,” antwoord ik met een knipoog.
Mijn buik is eigenlijk altijd wel een dingetje geweest. Hoe slank ik vroeger ook was, een buikje heb ik altijd gehad. Buikspieroefeningen waarmee ik mijn buik weer iets strakker kan krijgen zijn aan mijn gammele-bekkeninstabiliteit-lichaam niet besteed. En eerlijk? Ik hou van bewegen, maar een fanatieke sporter ben ik ook nooit geweest.
Tegelijkertijd besef ik me dat hoe ik naar mijn lichaam kijk, ook over kan brengen op onze kinderen. Met name mijn dochters. Ik moet denken aan een reclame van Dove die ik jaren geleden zag. Hierin werden tienerdochters en hun moeders gefilmd over wat ze het mooiste en het minst mooi aan hun lichaam vonden. Alle dochters vonden datgene aan hun lichaam niet mooi, wat de moeders bij zichzelf óók niet mooi vonden. De moeders volgden achter een scherm de antwoorden van hun dochters. Ze schrokken ervan dat ze ongemerkt hun lichamelijke ‘minpunten’ op hun dochters overdroegen.
Het is ook preken voor eigen parochie, maar ik vertel onze meiden dat God ons mooi gemaakt heeft. Precies zoals we zijn. Naar Zijn beeld. Zoals in Psalm 139:14 staat:
‘Ik prijs U, omdat U mij zo prachtig hebt gemaakt. Alles wat U doet is wonderbaarlijk en alles in mij getuigt daarvan.’
Of je nu een blubberbuik hebt, scheve tanden of een nagel op je rug hebt. Het maakt niet uit. Je mag er zijn! Zoals Herman Boon in zijn gelijknamige kinderliedje zingt.
Terugdenkend aan een aflevering Barbapapa kom ik tot de conclusie dat de vergelijking met Barbamama nog niet eens zo gek is. Ze lijkt eerlijk gezegd wel op mij. Barbamama maakt zich niet druk over haar uiterlijk, zorgt graag voor haar kinderen, haar huis en houdt van de nodige uitdaging. Heeft mijn dochter dus goed gezien.

Mama van 5, waarvan Jezus voor 2 zorgt, chronische bekkeninstabiliteit, (on-)beperkt creatief, houdt Jezus, van de natuur, verse thee mét chocola en een goed boek.
Wat een (h)eerlijke reactie van uw dochter. Zo zei mijn zoon van 5 dat mijn buik zo dik en lekker zacht was(daar ging ik nou niet voor haha) Maar helemaal mee eens: God kijkt gelukkig echt naar ons en niet zoals wij naar onszelf kijken.