-
26 mrt 2019
-
Bemoediging, Geloof, Rust & Balans
-
door Esther Houwink
-
1 comment
Loop je mee?
“Mam, mag ik dan met je mee?” Mijn oudste kijkt me smekend aan. “Is goed, doen we. Lijkt me gezellig! Pak jij dan de step?,” vraag ik terug.
We hebben net een bord met hartige taart achter de kiezen als ik mijn man vraag of het in de avondplanning past dat ik een rondje ga hardlopen. Sinds een paar weken doe ik weer iets aan sport. Absoluut blogwaardig te noemen, want ik heb een haat-liefdeverhouding met alles wat sportief heet. Ik ben zo houterig als een hark en ik vind sporten ook helemaal niet leuk. Laat mij liever op de bank ploffen met een bitterbal in mijn mond, dan zwoegen met een volleybal op het veld.
Dit komt ongetwijfeld door mijn weinig positieve jeugdherinneringen op sportief vlak. Op de basisschool kreeg ik bijles van de gymleerkracht voor mijn motoriek (ja, écht).Terwijl mijn klasgenoten blokten voor taal en rekenen stond ik te jongleren in de sporthal. En als er een team moest worden samengesteld, werd ik áltijd als laatste gekozen. Oké, bijna altijd. Als een vriendinnetje mocht kiezen, had ik mazzel.
Maar ja, sporten is gezond en goed voor je enzo, dus besloot ik een aantal jaren geleden te gaan hardlopen. Tot mijn verbazing begon ik daar nog plezier in te krijgen ook. Na verloop van tijd lag dit vervolgens jaren op z’n gat door zwangerschap en een heleboel opeenvolgende goede ‘smoezen’.
Maar sinds Tweede Kerstdag ben ik weer ‘up and running.’ Met een nimmer van mijn zijde wijkende Evy en een lekkere playlist in mijn oren, heb ik de stoute schoenen weer aangetrokken. Met teksten als: ‘Maar kijk wij lopen nog. Wij lopen wat God heeft beloofd achterna. Dus houd vol.’ En: ‘En ik zweef als een adelaar…’ word ik vooruit geblazen totdat Evy zegt dat het genoeg is voor vandaag.
Maar vanavond word ik ondersteund door een tweede maatje. Dochterlief stept erop los alsof haar leven ervan afhangt. Tijdens mijn ‘wandelminuten’ haalt ze opgelucht adem en tankt ze bij. In mijn oor hoor ik: ‘I’m a child of God. Yes, I am.’ Opeens loop ik over van trots. Hier ren ik dan met mijn dochter, mijn kind. Wat wordt ze groot, wat houd ik veel van haar! Zo kijkt Hij ook naar mij. Zijn kind, Zijn dochter!
“Je gaat steeds sneller, mam, ik kan je haast niet bij houden.” Ik merk het ook. Zo lekker heb ik in al die weken nog niet gelopen. Haar energie, gezelligheid en aanwezigheid moedigen mij onbewust aan mijn tempo op te schroeven.
Ineens hoor ik naast de stem van Evy en die van mijn dochter nog een stem. “Daarvoor heb Ik jullie aan elkaar gegeven, Es. De wedstrijd van het leven loop je niet alleen.” De waarheid hiervan dringt diep bij me binnen. Ik heb aanmoediging nodig van anderen, ik kan dit leven niet alleen.
Lieve mama, ik wil jou ook aansporen: Zoek een maatje om mee te lopen! Misschien letterlijk voor een stevige, fysieke training of een wandeling in de frisse avondzon. Maar zoek haar nog veel meer om samen door het leven te rennen. Zoek haar om te delen, te lachen, te huilen, te bidden, te strijden, te kletsen, te ontroeren, te helpen, te knuffelen. Onder het genot van verse koffie of een goed glas wijn.
Want samen ‘loop’ je sneller. Je stimuleert elkaar het beste van jezelf naar boven te halen en geeft elkaar aanwijzingen in de goede richting. En het is ook nog ‘s reuzegezellig.
Wie daag jij uit om mee te lopen?
Foto: Pexels
Mama van vier dochters | Docent in het Mbo | Oog voor detail en georganiseerd | Houdt van zingen en een goed gesprek | Mét koffie en wat lekkers
1 Reacties
Comments are closed.
❤