-
19 jul 2022
-
Bemoediging, Blogs, Geloof
-
door Heidi Bikker-Fontijn
-
0 comment
Therapie met een hoofdletter T
‘Ik voel me zo tekortschieten als moeder,’ verzucht ik over de telefoon. ‘Ik ben heel erg moe, ik kan gewoon niet meer. Alles voelt als te veel.’ De vriendin die ik aan de lijn heb, reageert vol medeleven. ‘Meid, toch,’ zegt ze. ‘Het is ook niet niks! Je hebt een harstikke heftige periode achter de rug. Waarom heb je het gevoel dat je het niet goed doet?’
Dit soort telefoongesprekken voeren we regelmatig over en weer. Ze komen aardig in de buurt van een therapeutische sessie. Dit keer zit zij aan de luisterende kant en vertel ik hoe ik ver over mijn grenzen ben gegaan. Na een pittige start met onze baby zit ik tegen een burn-out aan. Ik ben uitgeput, snel emotioneel en mijn hoofd zit vol gedachten over alles wat er gebeurd is met ons kleintje. ‘Dankjewel voor het luisteren,’ zeg ik dankbaar als ik even later ophang.
Na het gesprek voel ik me ietsje lichter. Maar even later bekruipen allerlei piekergedachten me toch weer. Ik krijg de neiging de vriendin nog eens te bellen om er opnieuw over te praten, maar ik doe het niet. Het voelt alsof de woorden en gedachten maar blijven komen. Ineens denk ik aan een uitspraak die ik in het verleden eens ergens las: ‘Have you prayed about it as much as you’ve talked about it?’
Heb ik het in gebed genoemd bij God, net zoals ik nu met die vriendin heb gepraat? Nee. Na het gesprek met die vriendin ben ik weer in mijn eigen gedachten verzonken geraakt en vervolgens ben ik daar weer over gaan praten. Maar ja, het voordeel van bellen met een vriendin is dat ze doorvraagt en direct antwoorden geeft. Het zou zo fijn zijn als ik even zou kunnen bellen met God. Gewoon eens kon zeggen: ‘Hallo lieve Vader, met mij. Ik denk zoveel. Ik voel zoveel.’ En dat Hij mij dan antwoordt zoals in een gesprek.
Ineens besef ik dat dat ook kan, zij het op een andere manier. Ik trek me even terug. Eerst bid ik in mijn hoofd, maar dan begin ik zacht te fluisteren. ‘Lieve Vader, ik weer niet meer wat ik moet doen. Ik voel me zo rot.’ Onomwonden vertel ik wat me bezighoudt. Geen moeilijke taal, ik ben gewoon mijzelf, zoals bij een vriendin. Ik praat en praat, totdat het stiller wordt in mij en ik voel dat mijn lichaam zich wat meer ontspant. Ik weet dat Hij mij hoort, mij ziet en met me meeleeft. Dat is precies de relatie die Hij met mij wil en die ik nodig heb.
Ik moet denken aan Jezus in de hof van Getsémané. Hij was bang, ongelooflijk bang. Maar in deze angst ging Hij niet bij zijn discipelen of anderen te rade. Hij ging in gesprek met zijn Vader. En daarna kon Hij doen wat Hij moest doen: zijn leven geven, zodat wij ook zo’n relatie kunnen hebben met God.
Na mijn moment met God vraagt mijn man me hoe het gaat. Ik voel dat ik nog een lange weg te gaan heb uit dit dal. Maar in mijn hoofd is wat meer rust, want ik ben gehoord en gezien. Ik heb een fantastische therapeutische sessie gehad. Van een therapeut met een hoofdletter T.